Rosa Luxemburg

Inleiding in de Staathuishoudkunde



Geschreven: 1909 - 1910
Bron: Einführung in die Nationalökonomie [Website: Stimmen der proletarischen Revolution]
Vertaling: Leendert Erkelens
HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
| Hoe te citeren?

Qr-MIA       pdf logo       E-boek afbeelding


Verwant
Beschouwing over geld
Inleiding tot het marxisme
Beginselen en toepassing van de marxistische economie

Inhoud:


—       Voorwoord van vertaler

Vooraf

I          Wat is staathuishoudkunde

II         Economische geschiedenis (I)

III        Economische geschiedenis (II)

IV        De productie van waren

V         Loonarbeid

VI        Tendensen van de kapitalistische economie


Voorwoord van de vertaler


Met de Inleiding in de staathuishoudkunde wil Rosa Luxemburg, zoals ze zelf in december 1912 schrijft in het voorwoord van De accumulatie van het kapitaal,[1] een bijdrage leveren aan de popularisering van de leer van Karl Marx:

De stoot tot het schrijven van dit werk werd mij gegeven door een populaire inleiding in de economie die ik sinds geruime tijd voor dezelfde uitgeverij aan het voorbereiden ben maar tot de voltooiing waarvan ik steeds word afgehouden door mijn activiteit bij de partijschool of door andere voorlichtingswerkzaamheden. Toen ik in januari van dit jaar na de verkiezing voor de Rijksdag weer aan de slag ging om die popularisering van de economische leer van Marx althans in grote lijnen tot een eind te brengen, stuitte ik op een onverwachte moeilijkheid. Het wilde mij niet gelukken om het totale proces van de kapitalistische productie zowel in haar concrete betrekkingen als in haar objectieve historische begrenzingen met voldoende duidelijkheid weer te geven.


Rosa Luxemburg past in haar beschrijving van de geschiedenis van de economie vanaf het primitieve oercommunisme tot de economische verhoudingen aan het einde van de 19e eeuw van het kapitalisme de werkwijze van het historisch materialisme toe. Binnen een samenleving ontwikkelt de productie zich door een vergroting van de maatschappelijke arbeidsproductiviteit. Aan dit proces worden op een gegeven moment beperkingen opgelegd door de bestaande maatschappelijke verhoudingen. Deze raken daardoor in verval en maken plaats voor nieuwe sociale en productieverhoudingen. Deze ontwikkeling begint op het moment dat een samenleving in staat is meer te produceren dan voor het strikte overleven noodzakelijk is. Dan is er een andere samenleving of binnen de eigen samenleving vormt zich een aparte klasse die van deze meerproductie wil profiteren zonder daar iets anders tegen over te stellen dan een bezettingsmacht die de onteigening mogelijk moet maken. Het feit dat de geschiedenis laat zien dat er telkens sprake is geweest van uitbuitingsverhoudingen zodra een samenleving meer kan produceren dan zij in eerste instantie nodig heeft om in leven te blijven, geeft haar aanleiding om in het voorwoord vervolgens te schrijven:

Bij nader inzien kwam ik tot de overtuiging dat het hier niet alleen gaat om een vraagstuk van beschrijving, maar ook om een probleem, dat theoretisch in verband staat met het tweede deel van Het Kapitaal van Marx, een probleem, dat niet alleen ingrijpt in de praktijk van de huidige imperialistische politiek, maar evenzeer in de economische wortels daarvan.
Zou het mij gelukt zijn om dit probleem op wetenschappelijk verantwoorde wijze aan te vatten, dan zou wellicht ook dit werk, naar het mij voorkomt, niet alleen een zuiver theoretisch belang hebben, maar ook van betekenis zijn voor onze praktische strijd tegen het imperialisme
.


De Inleiding in de staathuishoudkunde laat zien dat aan het ontstaan van het kapitalisme een ontwikkeling van duizenden jaren vooraf gaat en dat aan dit proces een interne logica kan worden toegeschreven. Het besef dat de kapitalistische samenleving een historisch verschijnsel is en niet de bekroning van een evolutie die hiermee haar voltooiing heeft bereikt maar te zijner tijd eveneens door een andere maatschappijvorm vervangen zal gaan worden volgt daaruit. Ook het kapitalisme is een historische en tijdelijke verschijningsvorm van het economisch leven maar de generalisaties en abstracties waarmee de gevestigde academische staathuishoudkunde tewerk gaat doen dit gegeven verdampen. Niet voor niets begint Rosa Luxemburg haar beschrijving van de economische geschiedenis met de manier waarop bekende professoren uit de 19e eeuw daar naar kijken. De heren stijgen bij hun toepassing van de staathuishoudkunde op de geschiedenis van de samenleving niet boven de ideologie van hun eigen tijd uit en zien daardoor heel veel wezenlijke maatschappelijke fenomenen over het hoofd.

De popularisering van de theorie van Marx loopt voor Rosa Luxemburg uit op het inzicht dat de productieverhoudingen van het kapitalisme en haar begrenzingen, die een eeuw geleden tot een nieuwe maatschappijvorm zouden kunnen leiden, nader onderzoek noodzakelijk maken. De op De accumulatie van het kapitaal gebaseerde imperialisme-theorieën zijn daarvan het resultaat. Wanneer zij in januari 1919 wordt vermoord verkeert het kapitalisme in Europa en de Verenigde Staten waar het zich in zijn meest ontwikkelde vorm bevindt, in een crisis die haar ondergang lijkt te voorspellen.

Het is de kracht van de Inleiding in de staathuishoudkunde dat het een lezer in de 21e eeuw in staat stelt om te begrijpen waarom de doodsstrijd van het kapitalisme een eeuw geleden niet tot haar ondergang en een nieuwe maatschappijvorm heeft geleid. De kwaliteit ervan is ook dat het de lezer doet begrijpen dat het globale kapitalisme van nu een herhaling van de geschiedenis is in een andere vorm. De hoop op een beschaafde samenleving zoals die in de hoofden van Rosa Luxemburg en geestverwanten destijds vorm kon krijgen kan nu echter niet meer in die vorm gebaseerd worden op de huidige productieverhoudingen en -krachten. Ook nu is nader onderzoek nodig. Dit onderzoek zou niet alleen van theoretisch belang zijn maar ook een praktische betekenis hebben voor de huidige economische politieke verhoudingen. De objectieve historische begrenzingen van het laatkapitalisme zijn niet meer alleen zoals een eeuw geleden nog werd gedacht de toenemende ellende van de werkende massa’s in een steeds groter deel van de samenleving.

Daaraan is tijdens het overlevingsproces van het kapitalisme de laatste eeuw aan toegevoegd een vergaande vorm van individualisering en atomisering van de sociale verhoudingen in het moderne kapitalisme onder spectaculaire voorwaarden[2] en de onmacht om gemeenschappelijk maatregelen te nemen tegen uitputting van de natuurlijke hulpbronnen op aarde. Dit kan niet alleen het einde betekenen van de kapitalistische maatschappij maar tegelijk ook van veel samenlevingen op aarde. Het is niet onaannemelijk om te veronderstellen dat de toekomst van de samenlevingen op aarde zal bestaan uit een beperkt aantal leefbare zones waar overleven mogelijk is terwijl de rest van de aarde verandert in een onleefbare woestenij van vervuilde gebieden waarin de levensduur van de daar wonende volkeren met rasse schreden tot nul daalt.

In This changes everything[3] schrijft Naomi Klein:

Gedurende een kwart eeuw hebben we geprobeerd om met kleine bescheiden stappen de fysieke behoeften van onze planeet om te buigen binnen het kader van het economisch model dat nodig heeft om voortdurend te groeien en te zoeken naar nieuwe mogelijkheden om winst te maken. De resultaten zijn rampzalig en laten ons grotendeels achter in een nog gevaarlijker situatie dan waarin we ons bevonden toen we begonnen. Er zijn natuurlijk geen garanties te geven dat een meer systematische aanpak succesvoller zal zijn hoewel er zoals we later zullen onderzoeken, historische voorbeelden zijn die hoop geven. De waarheid is dat dit het moeilijkste boek is dat ik ooit heb geschreven, juist omdat het onderzoek mij ertoe heeft geleid om naar radicale antwoorden te gaan zoeken. Ik heb geen enkele twijfel over de noodzaak daarvan maar ik vraag me elke dag af of het politiek mogelijk is, vooral ook omdat klimaatverandering ons zo’n strakke en meedogenloze deadline stelt.”

_______________
[1] Rosa Luxemburg: Die Akkumulation des Kapitals, Ein Beitrag zur ökonomischen Erklärung des Imperialismus; Berlin 1913; Gesammelte Werke Band 5, Dietz Verlag Berlin 1981. Nederlandse vertaling (J. de Reus) van belangrijke hoofdstukken uit: De accumulatie van het kapitaal
[2] zie Guy Debord: La société du spectacle; 1967 Buchet-Chastel, Paris. / De spektakelmaatschappij, (vert. Kloosterman en vd Kraats) Het Wereldvenster, Baarn; 1976.
[3] Naomi Klein: This changes everything, Capitalism vs. The Climate; Simon & Schuster, New York, 2014. pg 26.