Geschreven: juni 1937
Bron: De Rode October, maandschrift van de RSAP, juni 1937, jg. 2, nr. 6
Bezorging: fotokopieën van Dick de Winter
Deze versie: spelling
Transcriptie/HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
Laatste bewerking: 17 mei 2010
Verwant: • Zwartboek communisme • Dewey-commissie • Het ontstaan van de heersende ideologie in de Sovjet-Unie |
De stalinistische terreur blijft woeden. Er gaat nauwelijks een week voorbij zonder berichten uit en over de Sovjet-Unie, waarin gewag gemaakt wordt van voortgezette “zuivering” der partij van Lenin, van verschillende bestuursapparaten, van het officierenkorps; die zuivering gaat gepaard met nieuwe arrestaties; ook na de bekende afslachting van een groot deel van de meest bekende leiders van de Russische Revolutie zijn tientallen doodvonnissen uitgesproken en ten uitvoer gelegd. De Russische berichtgeving over de processen doet voortdurend uitkomen, dat de hand van Trotski gezien wordt in alle wandaden, waaraan de ter dood veroordeelden zich schuldig maakten. Hij, Trotski, blijft in al die processen de hoofdverdachte. Naast hem komen de schimmen naar voren van die zogenaamde “trotskisten”, die jaren lang op hoge posten werkende in het stalinapparaat, die positie gebruikt zouden hebben, om het kwaad van terreur en sabotage over de gehele Sovjet-Unie te verbreiden. En het blijft tot de trieste taak behoren van de pers in het “meest democratische” land ter wereld de reeds gevallen slachtoffers van de stalinterreur met steeds nieuwe wandaden te belasten. Hartverheffend is het schouwspel allerminst. Onder de burgerlijke vrienden van de Sovjet-Unie moet bezorgdheid ontstaan. Zij leggen nu eenmaal een andere maatstaf aan dan de diplomaten van de kapitalistisch geregeerde landen, die de voortgezette uitroeiing van revolutionairen in de Sovjet-Unie zonder enig bezwaar als een verdienste van Stalin beschouwen.
En hoe met de pers van de stalinistische partijen buiten de Sovjet-Unie? Aangenomen moet worden, dat er stalinistisch gezinde arbeiders zijn in Frankrijk, België en dit land, die een schok krijgen telkens wanneer nieuwe executies bekend gemaakt worden, wanneer steeds nieuwe namen van vooraanstaande figuren uit de Russische bolsjewistische partij worden genoemd in verband met processen, die nog in de maak zijn. Voor hen, die nog revolutionairen gebleven zijn in het stalinistische kamp – dat geldt het meest voor die kopstukken van oudere datum, die nog zelf de glorietijd van de Derde Internationale gekend hebben en dus herhaaldelijk niet kunnen ontkomen aan een vergelijking tussen die periode en de latere tijd wordt aan de gewelddaden van de bureaucratie het karakter gegeven van onvermijdelijke verdediging der “proletarische dictatuur”. En wij hebben eenvoudig met een van de oude formuleringen te doen uit de periode, toen de jonge Sovjetmacht door de reactionaire vijanden in binnen- en buitenland werd besprongen, als het dagblad de Pravda met de verzekering komt: “Het zwaard van de proletarische dictatuur is bot geworden noch verroest”. Een dergelijke geruststellende formule kan nog zeker effect sorteren bij revolutionairen onder de stalinisten, omdat zij zich geen ogenblik rekenschap geven van het feit, dat de “dictatuur der stalinistische bureaucratie” maar weinig gemeen heeft met “proletarische dictatuur”.
Het staat op dit ogenblik vast, dat Rykov en Boecharin, die uit de partij gestoten zijn, die al geruime tijd aan een afbrekende campagne blootgesteld zijn in de Sovjetbladen, op hun beurt tegenover het opperste militaire gerechtshof en de aanklager Vysjinsky komen te staan. Natuurlijk zijn ook zij “trotskisten”. Zij waren dat nimmer. Zij zijn dat nog altijd niet. Zij waren dat zo min als Michael Tomski, de vroegere voorzitter van het Russische vakverbond, die tot zelfmoord kwam na het beruchte proces van augustus 1936. Dit drietal maakte immers de leiding uit van de rechtervleugel van de bolsjewistische partij. Stalin maakte dankbaar gebruik van hun hulp om een beslissende slag te leveren tegen de linkse oppositie, die gedurende een korte periode gevoerd is door een combinatie van de aanhangers van Trotski en die van Zinovjev. Met betrekking tot de belangrijke vragen van de Russische opbouw waren Boecharin c.s. de tegenvoeters van Trotski. En desondanks zullen ook zij als “trotskisten” in de dood worden gezonden. Men treft de gehele litanie van beschuldigingen in de Sovjetpers aan, die bij elk proces dienst doen, waar het om Rykov en Boecharin gaat. De internationale spanning wordt ook nu weer geëxploiteerd om met hen beiden af te rekenen.
Let maar op welke taak zich “het straffende zwaard van de proletarische dictatuur” voor de naaste tijd stelt:
“Het zal op de hoofden van diegenen terechtkomen, die ons wonderbare vaderland in stukken willen scheuren en onder het juk van het Duits-Japanse fascisme brengen. Wij zullen de vijanden des volks, het trotskistische en rechtse pak zonder erbarmen verpletteren en uitroeien.”
En het orgaan van het Rode Leger, de Krasnaja Zwezjda:
“De internationale toestand is uiterst gespannen. De fascistische staten bereiden openlijk en in versterkte mate annexatieoorlogen voor. Hoe dichterbij de oorlog is, hoe steviger de buitenlandse spionagediensten werken. In de strijd tegen het land van het socialisme schrikken de vijanden des volks voor geen middel terug. De spionnenbende van Boecharin en Rykov en van de trotskisten streeft er naar het Sovjetvolk het gelukkige leven te ontnemen, dat het veroverd heeft. Wij zullen tot in hun wortels de verraders van ons land vernietigen. Wij zullen geen ogenblik respijt laten aan de vijanden des volks.”
Als zulke krantenartikelen gefabriekt worden, dan wordt het weer tijd voor onderwijzers en opvoeders in de Sovjet-Unie om de kinderen van de scholen te gebruiken voor telegrammen aan de chef van alle arbeiders, aan de zon Stalin, om toch alle “dolle honden” zonder pardon te laten neerschieten. En in vergaderingen van de Vrienden van de Sovjet-Unie buiten Rusland blijft men sprookjes vertellen over de wonderen van het Russische paradijs.
Met het oog op de nieuwe uitspattingen van de bureaucratie in Moskou, de talrijke politieke gevangenen, die in de grootste onzekerheid verkeren en die elke dag tot de ontdekking kunnen komen, dat zij vastgekoppeld zijn aan een aantal gewone misdadigers om gemeenschappelijk met hen aan de schande van de Russische volksmassa en aan de beul te worden uitgeleverd, is het zeer te betreuren, dat wij in Holland, althans tot nu toe nog geen mogelijkheid hebben gevonden voor de publicatie van een omvangrijk geschrift, bestaande uit de door Trotski in Mexico afgelegde verklaringen tegenover de door John Dewey geleide commissie, die zich tot taak stelde om meer klaarheid te bereiken in de Russische processen. Engels lezenden zullen al spoedig dit uiterst belangrijke documentatiemateriaal van een of andere Amerikaanse uitgever kunnen betrekken. De navolgende hoofdstukken vormen dit boek: 1. Waarom is een onderzoek nodig? 2. Is het politieke onderzoek toelaatbaar? 3. De mening van professor Ch. A. Beard. 4. Een “zuiver juridisch” onderzoek. 5. Autobiografie. 6. Mijn “juridische” toestand. 7. Drie categorieën van bewijzen. 8. De mathematische reeks van constructies (frame-ups). 9. De politieke basis van de beschuldiging: terrorisme. 10. De moord op Kirov. 11. Wie maakte de lijst van “slachtoffers” van de terreur? 12. Sabotage. 13. Het verbond met Hitler en de Mikado. 14. Kopenhagen. 15. Radek. 16. Vladimir Romm – “getuige”. 17. De vliegtocht van Pjatakov naar Noorwegen. 18. Wat is in het laatste proces weerlegd? 19. De aanklager-vervalser. 20. De theorie van de camouflage. 21. Waarom?
Om toch enig materiaal aan de lezers van De Rode Oktober voor te leggen brengen wij hieronder vertaald de hoofdstukken 9 en 12 om in een volgend nummer nog twee hoofdstukken te brengen. Komt het nu eindelijk tot de vorming van een Hollandse commissie, blijkt eindelijk een groep intellectuelen bereid om zich met de Russische processen serieus bezig te houden, dan zal die commissie ongetwijfeld streven naar een volledige uitgave van het door Trotski in Mexico naar voren gebrachte materiaal.